Product

terug naar productenoverzicht

Verhaal #7 – Stilleesmoment

De afscheidsmusical van groep 8 komt er bijna aan, volgende week eerst nog op kamp en daarna de laatste klussen afvinken voor de zomervakantie begint. Frits vindt het een drukke tijd, waarin veel van hem en collega’s gevraagd wordt. Hij heeft meer handen en ogen nodig om alles te kunnen doen en zien van wat er speelt in school. Hij heeft gelukkig even een moment voor zichzelf, terwijl de leerlingen in zijn klas een stilleesmoment hebben. Op de achtergrond weerklinkt het geluid van spelende kinderen van de jongere groepen door de opening van het raam. Maar dat geluid valt hem haast niet op, omdat het zo bij de school hoort waar hij zich thuis voelt.

Pedagogische rol als fundament

Die ochtend, bij de start van de schooldag, maakte hij namens de school op het schoolplein een rondje en heette de kinderen welkom. Hij is dit gewend en ziet snel genoeg of een kind ontspannen binnenkomt; zo niet, dan maakt hij even een praatje, leidt ze even af van hun beslommeringen. Hij heeft er oog voor en vindt dat belangrijk, maar hij blijft wel bescheiden over zichzelf, het is iets dat je gewoon doet. Frits is al jaren leraar in het speciaal onderwijs. Hij ziet de pedagogische rol van de leraar als het fundament van het leraarschap: er zijn voor leerlingen en daarin jezelf tonen. Hij vindt dat je jezelf als leraar moet laten zien; je persoonlijkheid mag naar buiten komen.

Hoe leerlingen toetsen zonder het individu uit het oog te verliezen?

Al kauwend op de achterkant van zijn pen, merkt Frits dat er iets aan hem knaagt. Hij had vorige week namelijk een pittig gesprek met een Inspecteur. Het ging over de rol van burgerschap, wat de school daarin betekent. Hij ziet de rol van de school daarin als dieper en fundamenteler dan hoe de Inspectie dat opvat. Hij wil geen leerling uitsluiten of overslaan, terwijl door te meten dat gevaar wel op de loer ligt. Hij begrijpt wel waarom de Inspectie het meer opvat als iets dat je kunt meten, maar hij is het er niet mee eens.

Frits blijft graag op de hoogte van hoe het met zijn leerlingen gaat. Hij wil vinger aan de pols houden, maar hij wil daarin niet doorslaan in meten en kwantificeren. Hij zei laatst tegen een collega bij de koffie “het werken met een meetlat die geënt is op het gemiddelde kind, is nooit passend”. Hij wil er voor waken dat je alle leerlingen over een kam scheert. Hij ageert tegen de algemene toetsen, bijvoorbeeld van Cito, om de voortgang te meten en te vergelijken met andere kinderen. Hij is in dat opzicht sceptisch in hoe de Inspectie haar rol ziet en merkt op dat de algemene toetsen nodig zijn voor bestuur en verantwoording. Cijfers zijn nodig, dat beaamt hij ook, maar dat is voor anderen, voor externen en niet direct voor hemzelf bruikbaar.

Hoe krijg je erkenning voor het onmeetbare?

Hij merkt dat hij tegenwicht wil bieden aan de druk van buitenaf en meer wil uitgaan van ‘verstehen’, het kind zien. Dat gaat verder dan het meetbare. Hij voelt zich sterk in zijn overtuiging van zijn eigen rol om leerlingen wegwijs te maken en dat ze als jonge burgers de school verlaten. Dat hoef je niet aan te tonen met scores en cijfers. Bij nader inzien voelt hij zich ingeperkt in zijn professionaliteit, alsof er geen vertrouwen in is dat hij het goed doet en goed bedoelt. Het probleem is dat dit botst met hoe er in de samenleving naar het onderwijs gekeken wordt. Hij is als leraar immers onderdeel van een groter geheel en opereert niet geïsoleerd. Ondertussen is een leerling naar zijn bureau gelopen tijdens het stilleesmoment, om te vragen naar de betekenis van een woord. De jongen is nogal uitbundig en loopt expres dicht langs een meisje terug, waarbij hij haar boek dichtslaat. Frits lost het snel op door de jongen aan te spreken. Hij merkt nu op dat het meisje de laatste tijd wat stil is. Hij maakt een ‘mental note’ om na afloop van de les het meisje even te vragen hoe het met haar gaat.

Met je kop onder het maaiveld

De gedachten van Frits belanden bij de vraag hoe hij dan zelf voldoende ruimte en autonomie houdt, zonder dat hij als einzelgänger te boek komt te staan? Hij voelt zich ongemakkelijk als hij zich afzet tegen anderen en geen rekening houdt met hun verwachtingen; je maakt het onderwijs immers samen. Hij duldt in dat opzicht invloed van buitenaf, zoals van het bestuur en de Inspectie, maar hij wil ook als professional zijn werk kunnen doen. Hij is tevreden als de oplossing bij hem naar boven komt, namelijk om de keuze te maken om voor ‘en-en’ te gaan in plaats van ‘of’. Hij besluit zich te voegen naar de eisen door algemene toetsen af te nemen en blijft tegelijkertijd uitgaan van zijn pedagogische rol als opvoeder. Hij legt daarin de nadruk op de burgerschapsontwikkeling van zijn leerlingen en houdt oog voor de ontwikkeling van zijn leerlingen. Zo tast de externe druk het minst zijn professionaliteit aan en blijft hij trouw aan zijn eigen professionele identiteit.

Adaptief vermogen

Hij wil ervoor waken dat je leerlingen over een kam scheert door algemene toetsen af te nemen. Hij wil tegenwicht bieden aan druk van buitenaf waar dit soort toetsing teveel nadruk krijgt, zoals vanuit de Inspectie. Maar hij voelt zich ongemakkelijk als hij zich afzet tegen anderen en geen rekening houdt met hun verwachtingen; je maakt het onderwijs immers samen. Hij besluit zich daarom te voegen naar de eisen door algemene toetsen af te nemen en blijft tegelijkertijd uitgaan van zijn pedagogische rol als opvoeder.

Toekomstbestendig leraarschap

Frits beschouwt zijn pedagogische rol als fundament voor zijn handelen in de klas en in zijn school voor speciaal onderwijs waar hij al jaren werkt. Hij voelt zich sterk in zijn overtuiging van zijn eigen rol om leerlingen wegwijs te maken en dat ze als jonge burgers de school verlaten. Hij wil vertrouwen over zijn professionaliteit vanuit de samenleving en de Inspectie.

Meer lezen? Ga naar het overzicht van de twaalf fictieve verhalen.

Dit verhaal is geïnspireerd op een briefwisseling tussen een leraar en een onderzoeker. Door verhalen kunnen we beter begrijpen hoe het voelt om leraar te zijn. Het verhaal is een uitnodiging om je eigen ervaringen tegen af te zetten.

We nodigen jou daarom uit om een reactie te plaatsen. Dit kan zijn een (emotionele) herkenning, een vraag die je op basis van het verhaal aan jezelf stelt, óf een vraag aan ‘een’ ander. Het kan ook zijn dat je door het lezen van het verhaal geïnspireerd bent geraakt om zelf een kort verhaal te schrijven dat jouw beeld of gevoel van het veranderend beroepsbeeld beschrijft, dat kan ook! Elke reactie draagt bij aan het op gang brengen van het gesprek over emoties die spelen rond het veranderend beroepsbeeld. Je reactie zal op deze pagina te lezen zijn. Heb je dit liever niet, stuur je reactie dan naar info@expeditieteam.nl.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.

info@expeditielerarenagenda.nl