Product

terug naar productenoverzicht

Verhaal #12 – Nachtdier

’s Nachts slaapt de mens, maar niet de leraar uit dit verhaal. Als de zon onder is en de stilte valt, als de lichtjes doven en de lichamen opwarmen onder dik dankbaar dons, transformeert ergens een leraar en zijn trouwe metgezel, tot nachtdier klaar voor avontuur. Door de velden en langs rivieren, rennen, springen, lachen en zingen ze op het ritme van hun pas over kiezeloevers, duin en gras. In deze leraar leven sprookjes en verhalen – vertrouwend op een ‘al goed eind goed’, op een ‘toen leefde zij nog lang en gelukkig’. Maar wat gebeurt er overdag? Op het schoolplein en in de klas?

Een leraar leeft vanuit liefde en passie voor het vak, wat bij Andreas (de leraar uit ons verhaal) begint bij de nieuwsgierigheid van ieder kind en ontluikende interesses. Of het nou in woord is, getal, krachten (natuurkundig), mensen, geluid, beeld of chemie. De interesse van de leerling is, net als het avontuur van het nachtdier, de sleutel tot jezelf zijn. Ont-wikkeling is daarom voor Andreas een wikkel die je afpelt en geen ladder die je beklimt; je kern wordt met de jaren duidelijker zichtbaar. Anderen houden je een spiegel voor of bieden je een toereikende hand. Wat leraren doen voor leerlingen, doen alle mensen voor alle mensen: veiligheid, vertrouwen en samenwerken is wat ons ontwikkelt, we worden onszelf samen (en niet alleen).

Andreas kan na zestien jaar in het onderwijs zeggen dat hij ‘gewoon’ zichzelf is iedere dag. De wikkel is grotendeels afgeschud, maar niet zonder slag of stoot. Werkelijk samenwerken met anderen was een vaardigheid die hij moest leren, maar tegelijkertijd bleef de behoefte om dat vooral te doen met gelijkgestemden. Na vele jaren op een school te hebben gewerkt verliet hij daarom zijn team want de visie op onderwijs zoals zij die hadden, resoneerde niet met de visie van de avonturier: bijvoorbeeld dat spelend leren niet alleen leuk is maar ook belangrijk voor leerlingen, hun (zelf)vertrouwen en de groepsdynamiek. Je stem vinden door over onderwerpen te discussiëren is een wezenlijke les terwijl citotraining (alleen) van belang is voor het papiertje.

Dat de rest er anders over dacht voelde frustrerend. Andreas voelde zich onmachtig en onder druk gezet; werken in een mal die niet past. Het haalde het slechtste in hem naar boven: gevoelens om te controleren, anderen iets op te leggen door dominant te zijn, te overbluffen en collega’s wel even te vertellen hoe het zit. Het gevoel geen vertrouwen te hebben in het team, geen veilige plek te hebben voor zijn ideeën en visie maakte dat Andreas zich kwetsbaar bleef voelen en uiteindelijk afscheid nam van deze school.

Tijdens zijn avonturen in de nacht kent Andreas het gevoel gewoon zichzelf te zijn. Dat voelt goed. Punt. Geen rol te hoeven spelen en tegelijkertijd afhankelijk te durven zijn van de ander met wie hij reist. ’s Nachts als de wereld slaapt en blind is in het donker, vertrouwt hij op die ander met nachtvisie zoals hij. Vertrouwen is eveneens wat hij zoekt in zijn collega’s op zijn nieuwe werkplek; een andere school.

Op deze nieuwe school vergaat het Andreas goed. Samenwerken gaat makkelijker. Bijvoorbeeld een collega die bekwaam is in ICT en planning maakt de studiewijzers, iets waarin hij – toegegeven – slecht is – en dat durft te erkennen. Zelf is hij meer van de details en structuur. Beiden vinden ze het leuk om nieuwe ideeën te bedenken en daarin creativiteit te leggen. Dit plaatje is een schets waarin Andreas samenwerking als plezier beleefd en persoonlijkheden en kwaliteiten versmelten met het beroep. Een veilige plek waarin kwetsbaarheid gewaardeerd wordt, zelfs beloond omdat goede samenwerking eigenlijk het enige is dat verlichting brengt in de zesendertigduizend taken van de (toekomstbestendige?) leraar – die Andreas nu met steeds meer zelfverzekerdheid vervult. Ook door bijvoorbeeld richting leidinggevenden aan te geven wat zijn valkuilen zijn, dingen die hij moeilijk vindt niet omdat hij het onvoldoende beheerst, maar omdat hij is wie hij is.

Toch blijft veiligheid op een school beperkt, voor Andreas, en dat is niet gek als hij zich bedenkt dat leraren zich vaak volledig identificeren met hun beroep. Zelfreflectie is dan gevaarlijk want daarmee voelt kritiek gericht op die wie je bent in plaats van op dat wat je doet. Het uiten van je gevoelens, twijfels en onvolkomenheden wordt dan in het hokje ‘onprofessioneel’ gestopt terwijl rennen, lachen en springen door het nachtelijke landschap iets is wat je samendoet. Dit blijft hij dan ook doen, met zijn trouwe metgezel en hoopt dat het avontuur dat de nacht hem brengt ook zijn gids zal blijven in het daglicht.

Adaptief vermogen

Andreas schoot op zijn vorige school in toestand van controleren, anderen iets op te leggen door dominant te zijn, te overbluffen en collega’s wel even te vertellen hoe het zit. Hij had het gevoel geen vertrouwen te hebben in het team, geen veilige plek te hebben voor zijn ideeën en visie. Dat maakte dat Andreas zich kwetsbaar bleef voelen en uiteindelijk afscheid nam van deze school. Op zijn nieuwe school maakt hij andere afwegingen. Hij bouwt een diepere vertrouwensrelatie met collega’s die een vergelijkbare visie hebben en bij wie hij zichzelf kan zijn. Hij kiest nu bewust om ook de kwetsbare kanten van zichzelf te laten zien aan collega’s en leidinggevenden. Dan leidt tot mooie samenwerkingen waarin ieder doet wat ze goed kunnen en elkaar helpen met uitdagingen. Hij blijft weg bij collega’s met een visie die loodrecht staat op de zijne.

Toekomstbestendig leraarschap

Andreas (ervaren docent in vo) vindt veiligheid, vertrouwen en samenwerken belangrijke waarden in het werken als leraar op school. Samenwerking brengt verlichting, zeker als er veel taken te doen zijn. Maar samenwerken lukt niet altijd goed, zeker als de visie op leren van leerlingen niet overeenstemt met zijn eigen visie zoals op zijn vorige school. Hij vindt bijvoorbeeld dat spelend leren niet alleen leuk is, maar ook belangrijk voor leerlingen, hun (zelf)vertrouwen en de groepsdynamiek. Je stem vinden door over onderwerpen te discussiëren is een wezenlijke les, terwijl citotraining (alleen) van belang is voor het papiertje.

Meer lezen? Ga naar het overzicht van de twaalf fictieve verhalen.

Dit verhaal is geïnspireerd op een briefwisseling tussen een leraar en een onderzoeker. Door verhalen kunnen we beter begrijpen hoe het voelt om leraar te zijn. Het verhaal is een uitnodiging om je eigen ervaringen tegen af te zetten.

We nodigen jou daarom uit om een reactie te plaatsen. Dit kan zijn een (emotionele) herkenning, een vraag die je op basis van het verhaal aan jezelf stelt, óf een vraag aan ‘een’ ander. Het kan ook zijn dat je door het lezen van het verhaal geïnspireerd bent geraakt om zelf een kort verhaal te schrijven dat jouw beeld of gevoel van het veranderend beroepsbeeld beschrijft, dat kan ook! Elke reactie draagt bij aan het op gang brengen van het gesprek over emoties die spelen rond het veranderend beroepsbeeld. Je reactie zal op deze pagina te lezen zijn. Heb je dit liever niet, stuur je reactie dan naar info@expeditieteam.nl.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.

info@expeditielerarenagenda.nl